Inleiding

Per 1 juli 2024 zijn de Wet vaste huurcontracten en de Wet betaalbare huur in werking getreden. Het voornaamste doel van deze nieuwe huurregelgeving is de positie van de huurder ten opzichte van de verhuurder nog beter te beschermen en de huurder meer zekerheid te bieden. In dit artikel zullen de belangrijkste veranderingen in het huurstelsel worden besproken en wat de gevolgen voor verhuurders en huurders zullen zijn.

De Wet betaalbare huur

De voornaamste verandering van de Wet betaalbare huur is de uitbreiding van de bestaande huurprijsbescherming, die eerder gold voor het lagere segment, deze wordt uitgebreid met de huur in het middensegment, te weten een huurwaarde tot € 1.123. Normaliter gold er een maximering van de WOZ-waarde vanaf 144 punten, met de wetswijziging geldt nu een maximering van de WOZ-waarde vanaf 187 punten. Het gevolg hiervan is dat veel meer huurovereenkomsten onder de huurprijsregulering vallen. Een andere belangrijke verandering is dat de huurprijsregulering dwingend wordt. Dit houdt in dat verhuurders zich aan de maximale huurprijzen dienen te houden die het Woningwaarderingsstelsel (WWS) voorschrijft. Verhuurders kunnen hier niet van afwijken. Verhuurders zijn in overtreding indien zij meer huur vragen dan op basis van het aantal WWS punten is toegestaan. Kort gezegd houdt het voorgaande voor verhuurders in dat bij huurcontracten die per ofwel na 1 juli 2024 zijn afgesloten verhuurders zich dienen te houden aan de maximale huurprijs. De Wet betaalbare huur kan ook gevolgen hebben voor bestaande huurovereenkomsten. Dit heeft betrekking op woningen tot en met 143 punten. Wanneer de huur niet overeenkomt met het aantal punten, is de verhuurder verplicht de huur te verlagen. Er geldt echter een overgangsperiode van één jaar, waardoor de huurder vanaf 1 juli 2025 recht heeft op een maximale huurprijs. Huurders met een huurovereenkomst die vóór 1 juli 2025 is ingegaan voor een woning met meer dan 143 punten, hebben geen recht op maximering van de WOZ-waarde. Gemeenten zijn belast met het toezicht en de handhaving van de nieuwe huurregelgeving. Verhuurders riskeren vanaf 1 januari 2025 een boete indien zij zich niet aan de nieuwe regelgeving houden. Daarnaast zijn verhuurders verplicht de puntentelling op te nemen bij het opstellen van een nieuwe huurovereenkomst.

Wet vaste huurcontracten De grootste verandering die de Wet vaste huurcontracten teweeg heeft gebracht, is het feit dat vaste huurovereenkomsten per 1 juli 2024 weer de norm worden. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan er onder strenge voorwaarden een huurovereenkomst van maximaal 2 jaren worden afgesloten. Zo blijft het afsluiten van huurovereenkomst van bepaalde tijd mogelijk voor bepaalde doelgroepen, zoals in het geval van studenten of huurders die vanwege werkzaamheden of renovatie van hun woning tijdelijk een wisselwoning krijgen. Deze uitzonderingen staan opgesomd in de AMvB 'Besluit specifieke groepen tijdelijke huurovereenkomsten'. Ook blijft het mogelijk om in bepaalde (bestaande) situaties een tijdelijke huurovereenkomst te sluiten. Daarbij valt te denken aan het huren van een woning die tijdelijk leeg staat of in het geval van hospitaverhuur. De Wet vaste huurcontracten heeft geen gevolgen voor tijdelijke huurovereenkomsten die vóór 1 juli 2024 zijn ingegaan.

De Wet vaste huurcontracten en de Wet betaalbare huur brengen grote gevolgen met zich mee voor het huurstelsel. Bij het opstellen van een nieuwe huurovereenkomst dient de verhuurder secuur te zijn met betrekking tot de huurprijsregulering. Daarnaast dient de verhuurder die desondanks een tijdelijke huurovereenkomst wil afsluiten, goed op te letten in welke situaties en bij welke doelgroepen dit nog is toegestaan. Vragen over de Wet vaste verhuurcontracten of de Wet betaalbare huur? Mocht u nog verdere vragen hebben over de Wet vaste huurcontracten of de Wet betaalbare huur, of wenst u advies te krijgen over verhuren, neem dan contact op met ons kantoor via e-mail op info@vaardigeadvocaat.nl of telefonisch via +31 (0)23 781 0007.